Difference between revisions of "User:Arthur Vince/NOTES"

From DigitalCraft_Wiki
Jump to navigation Jump to search
(Created page with "==Notes Making is Connecting==")
 
 
Line 1: Line 1:
 
==Notes Making is Connecting==
 
==Notes Making is Connecting==
 +
 +
Aantekeningen Digital Craft Les 2 17 feb
 +
 +
-Plato, de allegory of the Cave
 +
Mensen vastgebonden in een grot, zien hun hele leven alleen de schaduwen van alle objecten. Daarna komen ze in de echte wereld en twijfelen ze aan hun realiteit. De ideeën wereld tegenover de De werkelijkheid en de gemelieerde werkelijkheid zou je het noemen.
 +
 +
septem artes liberales
 +
De vrije kunsten werden weer onderverdeeld in het Trivium van taalvakken en het Quadrivium van rekenvakken. Het Trivium vormde de basis van de universitaire studie; daarna kwam het Quadrivium. De zeven vrije kunsten waren:
 +
• Trivium ('taalvakken' ofwel op het woord betrokken wetenschappen):
 +
1. Grammatica: taalkunde (oftewel het leren van Latijn)
 +
2. Dialectica ofwel logica: logisch redeneren.
 +
3. Retorica: kunst van de welsprekendheid; hoe een betoog op te zetten
 +
• Quadrivium ('rekenvakken' ofwel op het getal betrokken wetenschappen)
 +
1. Aritmetica: rekenkunde (getal)
 +
2. Geometria: meetkunde (ruimte)
 +
3. Musica: harmonieleer (tijd)
 +
4. Astronomia: kosmologie (ruimte in tijd)[8]
 +
Daar kwamen na de herontdekking van veel van de
 +
 +
Artes mechanicae
 +
1. vestiaria (weverij, kleermakerij)
 +
2. agricultura (landbouw)
 +
3. architectura (architectuur, metselarij)
 +
4. militia en venatoria (oorlog, jacht, vechtkunst)
 +
5. mercatura (handel)
 +
6. coquinaria (koken)
 +
7. metallaria (smederij, metallurgie)
 +
 +
Verandering in de renaissance - oprichting academia
 +
Oude teksten van plato kwamen Europa in, academia vanmarsilio ficino voegde schilderen toe aan de artes liberale.
 +
 +
Schilderen aan de hand van wiskundige motieven. Schilderen aan de hand van geometrie.
 +
 +
Beeldende kunst en Craft gaan voor het eerst hun gescheiden wegen. De academia van Plata zijn de voorganger van de Franse academie van kunsten en kunst.
 +
 +
Status verheven. Schilderen als onderdeel van de denkers niet van de maker. Schilderaar als onderzoeker. Artistic research
 +
 +
impressionisme - kunst over de kunst, eigen dialoog. Groeide door tot de jaren 90, nu op een punt van omslag. De kunstenaar als ambachtsman. Beeldende kunst op de achtergrond meer baat bij design.
 +
 +
Splitsing kunst - craft
 +
De academie van de beelden de kunsten en technische wetenschappen
 +
De academie van de beelden de kunsten
 +
De academie van toegepaste kunst
 +
 +
 +
John Ruskin
 +
Romantiek als reactie op de industrialisatie. Nostalgie naar het verleden. Traditie van idealisme. Opkomst van het nationale denken. Interessen nationale geschiedenis.
 +
 +
Industrialisatie  > Het idee van de vrije markt. Ruskin die nieuw rijken voortkomen uit de industrialisatie niet zag zitten.
 +
 +
William Mooris
 +
 +
Rustkin zou zeggen, iedereen zou eten moeten krijgen. Mooris zou zeggen het gaat om het kwalitatieve eten.
 +
 +
Frankfurter Schule Duitse joden die naar de VS zijn gevlucht. Brachten de Europese filosofie. Pessimistisch beeld van de hedendaagse populaire cultuur in de VS.
 +
 +
The media is the message
 +
 +
Richard sennett
 +
Boek over thinking through making.
 +
laissez-faire economics
 +
 +
 +
Ruskin - mogelijkheid dat mensen hun kwaliteit erin kwijt kunnen
 +
 +
Marx ging het meer om de eigenschap van het werk, voor wie is het. Hoe kunnen arbeiders deze situatie omkeren. Marxistische revolutie> sovjet Unie. Volledig je eigen arbeid inrichten inplaats van de opgelegde werkdruk. Gebonden aan kapitaal, fabrieken, machines. Het kapitaal onderdeel van de arbeider.
 +
 +
Communistische revolutie > alle fabrieken werden onteigend, “de mensen” lees de staat eigenaar. Concept van klassenbewustzijn en hiërarchie .
 +
 +
De arbeider moet als tweede stap het herkennen van hiërarchie  besturen. Geschiedenis geschreven door en voor mannen. Het herkennen van je plek.
 +
 +
Stap 2: classificatie : Het kennen van je eigen positie, het oprichten van vakbonden. Van naturen zouden arbeiders het niet toegeven dat ze arbeiders zijn door negatieve beeld maar hier zouden ze trots op moeten zijn, erkenning.
 +
 +
Het inzien en doorbreken van hiërarchie
 +
 +
===Notes Making is Connection digital: 4===
 +
 +
Youtube as archetype of the digital creative platform
 +
1:A framework for participation
 +
2:Agnostic about content
 +
3:Fostering communitiy
 +
 +
Why people make stuff to share online.
 +
 +
Aantekeningen 10 maart Digital Craft
 +
 +
Veranderingen in maatschappij. De hippies van vroeger zijn de ideeën van de rechtse politiek.
 +
Voornamelijk over de Amerikaanse politiek.
 +
 +
Na de oorlog, vooral kijken naar de toekomst. Verder gaan.
 +
 +
Het maken van wapens was heel belangrijk. De industrie die voortkwam uit de oorlog.
 +
 +
Opkomst van consumenten cultuur, American Dream.
 +
 +
It’s a wonderful world - film
 +
 +
Amerikaanse droom - verwachtingspatroon gericht op de perfecte familie.
 +
 +
Grote industrie, industriële militaire complex, samenzweringstheorie zijn hier uit voort gekomen.
 +
 +
Industrial militaire complex, door de leger had nieuwe wapens nodig, industrie kon de maken, universiteit kon ze uitvinden. Niet de leiding kunnen nemen.
 +
 +
Grote welvaart
 +
Motor industrie, (ford,
 +
Electronica industrie
 +
Nieuwe technologie
 +
 +
Computer werd gezien als het geen wat deze maatschappij mogelijk zou maken.
 +
 +
Fragment: Doomsday
 +
 +
counterculture - Hippies in de jaren 60
 +
 +
2 nieuwe stromingen ontstonden
 +
- nieuw links (meer rechten voor vrouwen, afroamericans, tegen oorlog in vietnam, american dream is prima alleen niet bedoelt voor iedereen)
 +
-new communalist  (zenbeleving, lsd, bij je zelf beginnen, open your mind)
 +
 +
Nieuw links - protest, geworteld in de materialistische politiek. Aanhangers van Karl Marx.
 +
 +
New communalist - meer idealistische ideeën. Veranderen van het bewustzijn, metifycia. Meer dacht zoals Ruskin. Zelfontplooiing.
 +
 +
nieuw links heet zo omdat ze door een politieke strijd de maatschappij wouden verbeteren. De new communalist wouden zich juist terugtrekken vanuit de maatschappij.
 +
 +
Video - us navy vintage fire control computers
 +
 +
Logica feedbackloop, ontstaan van thermostaat. computer berekend de koers van de wapens. Cybernetisch, alles kun je zo berekenen, je lichaam is een voorbeeld.
 +
 +
R. Buckminster Fuller,
 +
The operation manual for spaceship earth
 +
Introduceerde het geheel van het gedeeld lot, samen op de wereld.
 +
De groene revolutie, het verschil maak je zelf.
 +
 +
Architect beroemd geworden door zijn koepels.
 +
 +
Inspiratiebon hippies, koepels boven door materialen ie je kon vinden.
 +
 +
Hippies: Eigen bewustzijn verruimen door bewustzijn.
 +
 +
 +
Fotograaf - Antoine Bruy - foto’s van hippie communities.
 +
 +
 +
Whole Earth Catalog
 +
 +
Magazine - Wired
 +
 +
Wired opgericht door onderander Stewart Brand. Wired> Link tussen hippie ideeën, het internet en de politiek. electronic frontier.
 +
 +
World Economic Forum
 +
 +
Ruskin voorstander van Youtube, Marx wou zeggen dat het niet positief is dat er een grotere commerciële macht de gebruiker uitbuit.
 +
 +
Why artists are poor?
 +
 +
 +
Making is connection - The meaning of Making CAPTER 3
 +
 +
Notes:
 +
 +
Alan Watts
 +
Alan W. Watts (Chiselhurst, Londen, 6 januari 1915 – San Francisco Bay, 16 november 1973) was een Engels filosoof, schrijver, spreker, anglicaans priester, hoogleraar en beoefenaar van de vergelijkende godsdienstwetenschappen. Hij verdiepte zich met name in de filosofie van zen, het boeddhisme en het taoïsme, en heeft met zijn werk een belangrijke bijdrage geleverd aan de introductie en popularisering van Aziatische religie en filosofie in het Westen.
 +
Hij publiceerde meer dan 25 boeken en vele artikelen over onderwerpen als identiteit, de uiteindelijke aard van de realiteit, hogere bewustzijnstoestanden, de zin en betekenis van het leven, godsbeelden en menselijk geluk.
 +
Watts waarschuwde, mèt andere grote pioniers op het gebied van religie en menselijk bewustzijn zoals bijvoorbeeld Aldous Huxley, Timothy Leary, John Lilly en Gregory Bateson, al in een vroeg stadium voor de gevaren van een àl te radicale onttovering dan wel reductionistische objectivering van de (Westerse) werkelijkheid:
 +
"Inability to accept the mystic experience is more than an intellectual handicap. Lack of awareness of the basic unity of organism and environment is a serious and dangerous hallucination. For in a civilization equipped with immense technological power, the sense of alienation between man and nature leads to the use of technology in a hostile spirit – to the "conquest" of nature instead of intelligent co-operation with nature." Alan Watts, Psychedelics and Religious Experience, 1968.[1]
 +
 +
http://nl.wikipedia.org/wiki/Alan_Watts
 +
 +
Timothy Leary
 +
Dr. Timothy Francis Leary (Springfield, 22 oktober 1920 - Beverly Hills, 31 mei 1996) was een Amerikaanse schrijver, psycholoog, softwareontwerper en campagneleider voor onderzoek naar psychedelische drugs. Hij is bekend (en omstreden) geworden als voorvechter voor het gebruik van LSD als therapeutische en spirituele verrijking. De jaren '60-, en later vaak gesamplede uitdrukking "Turn on, tune in, drop out" is een uitdrukking van Leary.
 +
 +
http://nl.wikipedia.org/wiki/Timothy_Leary
 +
 +
Allen Ginsberg
 +
Irwin Allen Ginsberg (Newark (New Jersey), 3 juni 1926 - New York, 5 april 1997) was een Amerikaans dichter van joodse afkomst.
 +
In de jaren '40 van de twintigste eeuw studeerde hij aan de Universiteit van Columbia waar hij vriendschap sloot met de schrijvers William S. Burroughs en Jack Kerouac. In het midden van de jaren vijftig zou hij een leidende rol spelen in de Beat Generation samen met dichters als Gary Snyder en Michael McClure.
 +
In 1956 publiceerde hij zijn eerste werk: Howl And Other Poems. Hoewel het gedicht heftige reacties opriep wegens vermeende obsceniteit, werd het een groot succes. Ook Ginsbergs openheid over zijn homoseksualiteit – Peter Orlovsky was zijn levenspartner – maakte hem controversieel. Zijn collega-schrijvers, met name Jack Kerouac, William Carlos Williams en Kenneth Rexroth hadden meer vertrouwen in hem. Hij werd zelf ook sterk beïnvloed door deze schrijvers.
 +
Ginsberg had een sterke drang om de grenzen van zijn bewustzijn te verkennen. Dat deed hij door het gebruik van drugs zoals marihuana, en andere geestverruimende middelen. Dit inspireerde hem sterk bij het schrijven van gedichten. William Blake, de Engelse dichter, was hem daarbij een voorbeeld. Toch bevatten veel gedichten van Ginsberg elementen van oorlog. Onderwerpen als de gaskamers in de Tweede Wereldoorlog en de oorlog in Vietnam komen regelmatig voor in zijn gedichten.
 +
Ginsberg ontving talrijke prijzen waaronder de Woodbury Poetry Prize, de National Book Award for Poetry, NEA grants en een Lifetime Achievement Award van de Before Columbus Foundation. Gedurende de laatste jaren van zijn leven was Ginsberg docent aan de Universiteit van Brooklyn.
 +
Ginsberg die zich steeds meer ging interesseren voor het boeddhisme werd op latere leeftijd boeddhist.
 +
 +
http://nl.wikipedia.org/wiki/Allen_Ginsberg
 +
 +
 +
Gary Snyder
 +
Gary Snyder (born May 8, 1930) is an American man of letters. Perhaps best known as a poet (often associated with the Beat Generation and the San Francisco Renaissance), he is also an essayist, lecturer, and environmental activist. He has been described as the "poet laureate of Deep Ecology"[2]). Snyder is a winner of a Pulitzer Prize for Poetry and the American Book Award. His work, in his various roles, reflects an immersion in both Buddhist spirituality and nature. Snyder has translated literature into English from ancient Chinese and modern Japanese. For many years, Snyder served as a faculty member at the University of California, Davis, and he also served for a time on the California Arts Council.
 +
 +
http://en.wikipedia.org/wiki/Gary_Snyder
 +
 +
 +
John Holt
 +
How Children Learn
 +
 +
 +
(Pitman 1967, revised edition Delacorte 1983, Perseus, 1995)
 +
 +
These are are some excerpts from the new sections of How Children Learn, chosen by John and run in GWS 32:
 +
 +
    ...All I am saying in this book can be summed up in two words - Trust Children. Nothing could be more simple - or more difficult. Difficult, because to trust children we must trust ourselves - and most of us were taught as children that we could not be trusted.     
 +
 +
    ... It is even possible that some kinds of mental activity may be largely centered in some parts of the brain, and other kinds in others. But it would be simple-minded and silly to say that all the complicated varieties of thought, of mental experience, can be neatly separated into two kinds and that one of these can be exclusively assigned to the left side of the brain, the other to the right. When I say that I am sometimes surprised by what my mind tells me, I am talking about a very common experience. But where in my brain is the "my mind" who does the telling, where the "me" who is surprised? ... What of the fact that often, while thinking of something else, I will find that "my mind" has suddenly presented "me" with a complete sentence, sometimes even two or three, which "I" like so much that I rush to write them down before I forget them? "I" have certainly not produced those sentences in the way I am now producing these sentences on the typewriter, thinking about what words to use or where to put them. On which side of my brain is the producer of these sentences, on which side the observer, critic, editor who judges them to be good?     
 +
 +
    ... It is hardly ever possible to separate what we think about something from how we feel about it ... This notion, now very popular in leading universities, that organisms, including human beings, are nothing but machines, is for me one of the most mistaken, foolish, harmful, and dangerous of all the many bad ideas at large in the world today. If an idea can be evil, this one surely is.     
 +
 +
    ...It is only in the presence of loving, respectful, trusting adults like Millicent Shinn or Glenda Bissex that children will learn all they are capable of learning, or reveal to us what they are learning ... Of two ways of looking at children now growing in fashion - seeing them as monsters of evil who must be beaten into submission, or as little two-legged walking computers whom we can program into geniuses, it is hard to know which is worse, and will do more harm. I write this book to oppose them both.     
 +
 +
    ...How much people can learn at any moment depends on how they feel at that moment about the task and their ability to do the task. When we feel powerful and competent, we leap at difficult tasks. The difficulty does not discourage us; we think, "Sooner or later, I'm going to get this." At other times, we can only think, "I'll never get this, it's too hard for me, I'm never any good at this kind of thing, why do I have to do it," etc. Part of the art of teaching is being able to sense which of these moods learners are in.     
 +
 +
    ... The only good reason for playing games with babies is because we love them, and delight in playing these games with them and in sharing their delight in playing - not because we want someday to get them into college. It is our delight in the baby and the games that make the games fun, and worthwhile and useful for the baby. Take away the delight, and put in it's place some cold-hearted calculation about future I.Q. and SAT scores, and we kill the game, for ourselves and the baby.     
 +
 +
    ... The point is that if it takes a long time to develop a good habit, it will take just as long to develop a bad one. The idea that we must work hundreds of hours to make a good habit, but can make a bad one in a few seconds, is nonsense. And the point of this to us as teachers is that we don't always have to be in such a big hurry to correct children's mistakes. We can afford to give them time to notice and correct them themselves. And the more they do this, the better they will become at doing it, and the less they will need and depend on us to do it for them.     
 +
 +
    ...In this chapter I will say something very simple, that may not often have been said before. Children use fantasy not to get out of, but to get into, the real world.     
 +
 +
    ... It is a serious mistake to say that, in order to learn, children must first be able to "delay gratification," i.e., must be willing to learn useless and meaningless things on the faint chance that later they may be able to make use of some of them. It is their desire and determination to do real things, not in the future but right now, that gives children the curiosity, energy, determination, and patience to learn all they learn.     
 +
 +
    ... I would now add perhaps even more important reasons why testing - at least, unasked for testing done by others - destroys learning.   
 +
 +
    The first reason has to do with the matter of hunches. When we constantly ask children questions to find out whether or not they know something (or prove to ourselves that they, don't), we almost always cut short the slow process by which, testing their hunches against experience, they turn them into secure knowledge.   
 +
 +
    ... Every unasked-for test is above all else a statement of no confidence in the learner. That I check up at all on what you have learned proves that I fear you have not really learned it. For young children, these repeated votes of no confidence can be devastating.     
 +
 +
    ... It may be true enough that in learning purely physical skills, such as sports ... we generally have to learn easy movements before we learn hard ones. That is how the body works. But it is not how the mind works ... What makes things easy or hard for our minds has very little to do with how little or how much information they may contain, and everything to do with how interesting they are and, to say it once again, how much sense they make, how connected they seem to reality.     
 +
 +
    ... This book did not change, as I hoped it might, the way schools deal with children. I said, trust them to learn. The schools would not trust them, and even if they had wanted to, the great majority of the public would not have let them. Their reasons boil down to these: (1) Children are no good; they won't learn unless we make them. (2) The world is no good; children must be broken to it. (3) I had to put up with it; why shouldn't they? To people who think this way, I don't know what to say. Telling them about the real learning of real children only makes them cling to their theories about the badness and stupidity of children more stubbornly and angrily than ever. Why do they do this? Because it gives them a license to act like tyrants and to feel like saints.     
 +
 +
    ... What is lovely about children is that they can make such a production, such a big deal, out of everything, or nothing ... All that energy and foolishness, all that curiosity, questions, talk, all those fierce passions, inconsolable sorrows, immoderate joys, seem to many a nuisance to be endured, if not a disease to be cured. To me they are a national asset, a treasure beyond price, more necessary to our health and our very survival than any oil or uranium or name what you will ...
 +
 +
http://www.johnholtgws.com/how-children-learn/
 +
 +
Ivan Illich
 +
 +
Ivan Illich (Wenen, 4 september 1926 – Bremen, 2 december 2002) was een Oostenrijks-Amerikaans-Mexicaans-Duits publicist, filosoof en theoloog
 +
 +
Kritische kernideeën[bewerken]
 +
De filosoof en theoloog was bij uitstek een anti-pedagoog. Hij geniet onder meer bekendheid als een criticus van geïnstitutionaliseerde vormen van onderwijs. De wijze waarop bijvoorbeeld het universitaire onderwijs georganiseerd is (namelijk als institutie, het leren krijgt institutioneel vorm) heeft tot gevolg dat ook de samenleving institutionaliseert en bijgevolg verkrampt omdat "afgestudeerden" de neiging gaan vertonen de samenleving vorm te geven naar de institutionele omgeving waarbinnen de eigen ontwikkeling gedurende vaak vele jaren plaats vindt. Zijn in de jaren na 1970 verschenen werken Deschooling Society (1971, over onderwijs), Tools For Conviviality (1973, over technologische ontwikkeling), Energy And Equity (1974, over energie, transport, economische ontwikkeling en maatschappelijke ongelijkheid), Medical Nemesis (1976, (over gezondheidszorg) en The Right To Useful Unemployment And Its Professional Enemies (1978) alsook Shadow Work (1981, beide werken behandelen de arbeid) geven zijn kritische houding weer. Het institutionaliseren van menselijke behoeften met behulp van technische ontwikkeling vormt volgens Illich een bedreiging voor een vrije samenleving. Zo vervormen transport en verkeer de menselijke voortbeweging, is het onderwijs funest voor het leren, urbanisering ontneemt de mens diens capaciteit een thuis te bouwen en de medische zorg maakt mensen ziek.
 +
In de moderne ontwikkeling onderscheidt Illich twee soorten technische middelen die elkaar vaak in twee fasen opvolgen: het eerste type middelen is voor een groot aantal mensen toegankelijk en draagt bij tot een merkbare lotsverbetering en grotere zelfverwerkelijking; het tweede type middelen is daarentegen duur, sterk gespecialiseerd, daardoor voorbehouden aan experts van wie men massaal en zelfs voor elementaire levensactiviteiten afhankelijk wordt. Het tweede type leidt bovendien tot schadelijke neveneffecten, die instituties die over techniek en samenleving waken beantwoorden met een nog verder doorgedreven specialisatie en controle, die de mens nog meer afhankelijk maken.
 +
Hij richt zich tegen het door de techniek afgedwongen normeren, dat bovendien leidt tot bijvoorbeeld prestatiedruk in het onderwijs en consumptiedwang in de gezondheidszorg. Een van de centrale observaties is dat voortdurend een bepaald gedrag wordt opgelegd door een structuur, doorgaans bij monde van experts.
 +
 +
Als alternatief stelt Illich conviviality voor, wat vrij vertaald 'samen-leven' betekent. Die samenlevingsvorm is gekenmerkt door een afgewogen, vrijwillige beperking van technologische ontwikkelingen in functie van een zelfbepaald leven in vrijheid.
 +
Receptie[bewerken]
 +
 +
Ivan Illich kritiseerde de industriële samenleving op het moment dat de maakbaarheid van de samenleving nog op instemming kon rekenen. Vandaag wordt hij gezien als een van de vroege stemmen, die waarschuwden voor ongebreideld optimisme en vertrouwen in de vooruitgang. In zijn tijd werd Illich vaak als een radicaal-linkse criticus gezien.
 +
 +
In Nederland kregen zijn opvattingen in de jaren zeventig een gunstig onthaal in kringen rond onder meer de PPR, De Kleine Aarde, de milieubeweging en fiets-activisten, met name wegens de raakvlakken met de voorgestane schaalverkleining en "menselijke maat" die met name werden herkend in zijn Energy and Equity, waarvan de Nederlandse vertaling verscheen in 1974, tezelfdertijd als Small is beautiful van de kleinschaligheidsdenker Ernst Friedrich Schumacher.
 +
Tegelijkertijd lijken zijn uitspraken over de "miskende waarde van de romantici" en zijn opvatting dat het pre-Verlichtingsdenken in menig facet superieur was aan onze moderne manier van leven hem echter eerder of meer als "reactionair" neer te zetten. Erich Fromm hield het erop dat Ivan Illich een radicaal humanist was.
 +
 +
Stewart Brand
 +
The Whole Earth Catalog (WEC) was an American counterculture magazine and product catalog published by Stewart Brand between 1968 and 1972, and occasionally thereafter, until 1998. The magazine featured essays and articles, but was primarily focused on product reviews. The editorial focus was on self-sufficiency, ecology, alternative education, "do it yourself" (DIY) and holism, and featured the slogan "access to tools". While WEC listed and reviewed a wide range of products (clothing, books, tools, machines, seeds, etc.), it did not sell any of the products directly. Instead, the vendor's contact information was listed alongside the item and its review. While not a regularly published periodical, there were numerous editions and updates, in various formats.
 +
 +
 +
First photo world
 +
http://edition.cnn.com/2015/02/25/europe/vintage-nasa-space-photos-auction/
 +
 +
Button Stewart Brand - Why haven’t we seen the whole world yet?
 +
http://classes.dma.ucla.edu/
 +
 +
 +
http://makezine.com/video/?path=FromNav
 +
 +
Amy Spencer
 +
DIY: THE RISE OF LO-FI CULTURE BY AMY SPENCER
 +
It’s always kind of surreal to read about the particular culture or scene you’re a part of. On one hand, there’s the thrill of recognition, the feeling of validation that comes from your story being told. On the other may be a desire to keep things exclusive. In the case of “alternative” or DIY culture, obscurity is an important trait and a point of pride. With DIY types notoriously defensive (and rightly so), representation of the scenes and projects that fall under the DIY umbrella is particularly complicated. Amy Spencer’s new book DIY: The Rise of Lo-Fi Culture is the latest in a relatively small field to attempt to document the history of independent music and self-publishing. The author herself is a former record label founder and zine writer, currently a member of promotions collective The Bakery. Focusing on the ideals of authenticity and empowerment as central tenants of DIY (or more specifically, the “lo-fi ideals of do-it-yourself culture”), Spencer outlines the way that numerous bands, record labels, and publishing ventures have opposed professionalism, rejected the mainstream, and taken cultural production into their own hands. Her book stands as a fairly comprehensive guide to the evolution of DIY culture as we know it today.
 +
 +
 +
Great Pacific Garbage Patch
 +
http://education.nationalgeographic.com/education/encyclopedia/great-pacific-garbage-patch/?ar_a=1
 +
 +
 +
 +
As mentioned in the previous chapter, craft can seem like a timeless practice, rooted in ancient and traditional ways of engaging with the world and building communities.
 +
‘craft’ itself is relatively new. In the eighteenth century, ‘craft’ referred primarily to political cunning and a sly, jocular, tricksy approach to social issues.1 By the time of Samuel Johnson’s Dictionary of the English Language in 1755, ‘manual art; trade’ is listed as one of the meanings, along with ‘art; ability; dexterity’, alongside the earlier usage as ‘fraud; cunning; artifice’.2
 +
Paul Greenhalgh – a former Head of Research at the Victoria and Albert Museum – uses the rather arbitrary gathering of ideas and orientations under the notion of craft to set out its different constituent dimensions. He writes:
 +
The ideological and intellectual underpinning of the craft constituency is not a consistent whole, but has several dis- tinct threads to it, which have only become intertwined relatively recently. It is these threads, or elements, that I will deal with here. There are three. I will describe them as decorative art, the vernacular, and the politics of work.5
 +
The first of these, decorative art, is a broad term which seems to encompass all the ‘applied’ forms of creativity
 +
===THE MEANING OF MAKING II: CRAFT TODAY 47 ===
 +
which have in common the bruised, second-class feeling of being excluded from the category of ‘fine art’.
 +
This is the political message of Ruskin and Morris, that creative workers must be free to express them- selves through the production of whole objects. They have control over their own labour, and contribute to a vibrant and dynamic culture through the creation of their own individual things.
 +
===THE ARTS AND CRAFTS MOVEMENT ===
 +
It was the combination of these three threads that led to the Arts and Crafts movement. This loose grouping of ideal- istic thinkers and craftspeople built on the ideas of Ruskin and Morris in different ways, but central to the movement was the idea that all creative work was of equal status, and was the means by which human beings could connect with nature, with their own sense of self, and with other people. Making things expressed individual life through the work of the hands, and therefore could not be divided into machine- like steps or repetitive sameness.6
 +
Greenhalgh summarizes its legacy as follows:
 +
48
 +
 +
===THE MEANING OF MAKING II: CRAFT TODAY ===
 +
The Arts and Crafts movement, in retrospect, can be seen to be the most successful construction of a theory and practice of ethical art. . . . The vernacular was the model, unalienated work was the means and art was the goal. The larger ideal pulled the three elements into proximity. It was a brilliant formulation: humankind would be liberated through communal creativity.7
 +
It is something very much like this vision which inspires contemporary craft enthusiasts today, as well as exponents of Web 2.0 and online creativity. Although rooted in a seemingly distant age, its message is practical, positive, and ethical. As Greenhalgh goes on to say:
 +
Ultimately, for craft pioneers, the movement was centred on physical and mental freedom. By uniting the work proc- ess directly to the demand for a higher quality of life, they had regenerated the idea that craft was synonymous with power.8
 +
The American inheritors of the Arts and Crafts movement added the democratic element which today we would call ‘DIY culture’. As we have seen, dehumanizing industrial methods were rejected because of a concern for the indi- vidual worker, but the Arts and Crafts alternative led to beautiful handmade products that the typical worker could not afford. This terrible paradox is immediately dissolved in the simple phrase: ‘do it yourself ’.
 +
Morris and Ruskin, in the first and second issues respectively – but over time came to represent a distinct American version of that philosophy. Stickley’s belief in ‘a simple, democratic art’ that would provide Americans with ‘material surround- ings conducive to plain living and high thinking’ was such that he included his designs and working plans for furniture, metalwork, and needlework in the magazine9 – even though this, to some extent, undermined his own business, which was based on selling this stuff as unique finished products. In this sense, Stickley invented, or rather revived, the concept of ‘open source’ – the system by which software developers today share unprotected code in the belief that others should be freely able to use it and improve it.
 +
This democratic approach is highly consistent with the ideals of the Arts and Crafts movement: craft skills were valued for their own careful, individual, handmade beauty, not because they were supposed to be the skills of an expert elite. William Morris made things to a very high standard, because that gave him pleasure, and because he thought the care and quality of their production would bring pleasure to others too. But he didn’t make things to a very high standard because he thought that it made him better than everybody else. ‘Do it yourself’ is, therefore, part of the original Arts and Crafts message – but processed through American opti- mism, and communicated in a cheerful and unpretentious way.
 +
 +
 +
 +
 +
 +
 +
 +
What was the idea of Ruskin on creativity?
 +
Ruskin bekritiseerd de industrialisatie en het structuren van mensen gebruiken als machines. Hierdoor verliest men de creativiteit van het individu. Hij zegt hier over:
 +
‘You must either make a tool of the creature, or a man of him. You cannot make both.’20 A human being can be forced to work as a ‘tool’, following the precise instructions of their masters, making things correctly, but they are dehumanized and their spirit is gagged. Or they can be allowed to ‘begin to imagine, to think, to try to do anything worth doing’ – and this might lead to roughness, failure, and shame, but also unleashes ‘the whole majesty’ of the individual.
 +
 +
What was the idea of Morris?
 +
Ruskin focus lag meer op de kwaliteit van het leven, artistieke vrijheid van het individu. Morris focus lag meer op de craft en wou terug naar het vakmanschap omdat hij vond dat de industrialisatie zorgde voor kwaliteitsvermindering. Hij wou terug naar de gilde.
 +
Voor Morris vond het delen belangrijk. Werken in een gilde. Gefocust op de maatschappij terwijl Ruskin zich meer focussend op het creatieve individu.
 +
Morris’s dedication to the production of high-priced luxury objects, and the lavishly decorated Kelmscott Press books, can seem puzzling since their very high production costs meant they were necessarily only available to an elite. In an 1891 newspaper interview, Morris presented his vision of a socialist society where ‘We should have a library on every street corner, where everybody should read all the best books, printed in the best and most beautiful type.’36 But in his own time, Morris did not seek to begin a ‘books for all’ publishing revolution, as Allen Lane would do later with affordable Penguin paperbacks.37 Instead he made exclusive handcrafted treasures.
 +
Morris keek meer naar de toekomst, Ruskin had een meer romantisch verlangen naar het verleden.
 +
 +
What was the arts & craft movement, and where did these ideas connect to Ruskins idea’s?
 +
De arts & craft beweging kwam in opstand tegen de lelijke massaproducten uit het Victoriaanse tijdperk. Bracht art en craft samen. Terwijl voorheen dat vaak los van elkaar werd gezien.
 +
Wat is DIY waarin overlappen/verschillen ze van Arts & Crafts.
 +
DO IT YOURSELF ligt de focus meer op het creërend vermogen en het proces, de voldoening die het geeft om zelf te maken. Bij Arts & Crafts hecht meer waarde aan het maatschappelijke en sociale en legt de focus op esthetische en praktische producten.
 +
 +
 +
Amerikaanse Arts & Kraft
 +
Het verschil was dat de Amerikaanse arts & kraft was gebonden aan een stijl. Ze lieten zien hoe iets eruit moet zien om onder arts & kraft te vallen. Hierdoor ging artistieke vrijheid verloren.
 +
 +
Punk DYS movement?
 +
Punk DYS is de tegenpool en is ‘lo-fi’ en gaat juist in tegen de goed geproduceerde hoogstaande do it yourself producten. Het gaat hier meer om het onderscheiden en is meer alternatief. Het gaat hier niet om de fysieke beauty maar om een eigen stijl.
 +
 +
 +
==DIY==
 +
A similar but different version of the DIY ethos is the ‘lo- fi’ music and zine culture, influenced in part by the punk scene. This DIY culture is characterized by a rejection of the glossy, highly produced, celebrity-oriented mainstream of popular culture, and its replacement with a knowingly non- glossy, often messily produced alternative which is much less bothered about physical beauty, and declares an emphasis on content rather than style.
 +
This ethos is discussed, for example, in Amy Spencer’s book DIY: The Rise of Lo-Fi Culture. She’s an enthusiastic guide. On the first page she says:
 +
In the face of the bland consumerist pop that dominates the airwaves and the bestselling celebrity biographies that fill the bookshops it is exciting to realize that there are an increasing amount of independent and creative minds who care enough to go against the grain and produce music, art, magazines and literature that is truly unique – whether it is likely to sell or not.15
 +
 +
What are the different between Karl Marx and Ruskin
 +
Ze zijn beide tegen de industrialisatie omdat dit het creatief brein dood van het individu. Bij Marx gaat het meer om het verliezen van eigendom. Voor Ruskin werken we nu in een goede tijd waarin het individu vrijheid heeft over het werk en proces en Marx zou het daar niet mee eens zijn omdat we nog steeds leven
 +
Lezen: Digital capter 4
 +
Maak aantekeningen over hoe hij aankijkt tegen craft, wat denkt hij over professionals

Latest revision as of 02:08, 23 April 2015

Notes Making is Connecting

Aantekeningen Digital Craft Les 2 17 feb

-Plato, de allegory of the Cave Mensen vastgebonden in een grot, zien hun hele leven alleen de schaduwen van alle objecten. Daarna komen ze in de echte wereld en twijfelen ze aan hun realiteit. De ideeën wereld tegenover de De werkelijkheid en de gemelieerde werkelijkheid zou je het noemen.

septem artes liberales De vrije kunsten werden weer onderverdeeld in het Trivium van taalvakken en het Quadrivium van rekenvakken. Het Trivium vormde de basis van de universitaire studie; daarna kwam het Quadrivium. De zeven vrije kunsten waren: • Trivium ('taalvakken' ofwel op het woord betrokken wetenschappen): 1. Grammatica: taalkunde (oftewel het leren van Latijn) 2. Dialectica ofwel logica: logisch redeneren. 3. Retorica: kunst van de welsprekendheid; hoe een betoog op te zetten • Quadrivium ('rekenvakken' ofwel op het getal betrokken wetenschappen) 1. Aritmetica: rekenkunde (getal) 2. Geometria: meetkunde (ruimte) 3. Musica: harmonieleer (tijd) 4. Astronomia: kosmologie (ruimte in tijd)[8] Daar kwamen na de herontdekking van veel van de

Artes mechanicae 1. vestiaria (weverij, kleermakerij) 2. agricultura (landbouw) 3. architectura (architectuur, metselarij) 4. militia en venatoria (oorlog, jacht, vechtkunst) 5. mercatura (handel) 6. coquinaria (koken) 7. metallaria (smederij, metallurgie)

Verandering in de renaissance - oprichting academia Oude teksten van plato kwamen Europa in, academia vanmarsilio ficino voegde schilderen toe aan de artes liberale.

Schilderen aan de hand van wiskundige motieven. Schilderen aan de hand van geometrie.

Beeldende kunst en Craft gaan voor het eerst hun gescheiden wegen. De academia van Plata zijn de voorganger van de Franse academie van kunsten en kunst.

Status verheven. Schilderen als onderdeel van de denkers niet van de maker. Schilderaar als onderzoeker. Artistic research

impressionisme - kunst over de kunst, eigen dialoog. Groeide door tot de jaren 90, nu op een punt van omslag. De kunstenaar als ambachtsman. Beeldende kunst op de achtergrond meer baat bij design.

Splitsing kunst - craft De academie van de beelden de kunsten en technische wetenschappen De academie van de beelden de kunsten De academie van toegepaste kunst


John Ruskin Romantiek als reactie op de industrialisatie. Nostalgie naar het verleden. Traditie van idealisme. Opkomst van het nationale denken. Interessen nationale geschiedenis.

Industrialisatie > Het idee van de vrije markt. Ruskin die nieuw rijken voortkomen uit de industrialisatie niet zag zitten.

William Mooris

Rustkin zou zeggen, iedereen zou eten moeten krijgen. Mooris zou zeggen het gaat om het kwalitatieve eten.

Frankfurter Schule Duitse joden die naar de VS zijn gevlucht. Brachten de Europese filosofie. Pessimistisch beeld van de hedendaagse populaire cultuur in de VS.

The media is the message

Richard sennett Boek over thinking through making. laissez-faire economics


Ruskin - mogelijkheid dat mensen hun kwaliteit erin kwijt kunnen

Marx ging het meer om de eigenschap van het werk, voor wie is het. Hoe kunnen arbeiders deze situatie omkeren. Marxistische revolutie> sovjet Unie. Volledig je eigen arbeid inrichten inplaats van de opgelegde werkdruk. Gebonden aan kapitaal, fabrieken, machines. Het kapitaal onderdeel van de arbeider.

Communistische revolutie > alle fabrieken werden onteigend, “de mensen” lees de staat eigenaar. Concept van klassenbewustzijn en hiërarchie .

De arbeider moet als tweede stap het herkennen van hiërarchie besturen. Geschiedenis geschreven door en voor mannen. Het herkennen van je plek.

Stap 2: classificatie : Het kennen van je eigen positie, het oprichten van vakbonden. Van naturen zouden arbeiders het niet toegeven dat ze arbeiders zijn door negatieve beeld maar hier zouden ze trots op moeten zijn, erkenning.

Het inzien en doorbreken van hiërarchie

Notes Making is Connection digital: 4

Youtube as archetype of the digital creative platform 1:A framework for participation 2:Agnostic about content 3:Fostering communitiy

Why people make stuff to share online.

Aantekeningen 10 maart Digital Craft

Veranderingen in maatschappij. De hippies van vroeger zijn de ideeën van de rechtse politiek. Voornamelijk over de Amerikaanse politiek.

Na de oorlog, vooral kijken naar de toekomst. Verder gaan.

Het maken van wapens was heel belangrijk. De industrie die voortkwam uit de oorlog.

Opkomst van consumenten cultuur, American Dream.

It’s a wonderful world - film

Amerikaanse droom - verwachtingspatroon gericht op de perfecte familie.

Grote industrie, industriële militaire complex, samenzweringstheorie zijn hier uit voort gekomen.

Industrial militaire complex, door de leger had nieuwe wapens nodig, industrie kon de maken, universiteit kon ze uitvinden. Niet de leiding kunnen nemen.

Grote welvaart Motor industrie, (ford, Electronica industrie Nieuwe technologie

Computer werd gezien als het geen wat deze maatschappij mogelijk zou maken.

Fragment: Doomsday

counterculture - Hippies in de jaren 60

2 nieuwe stromingen ontstonden - nieuw links (meer rechten voor vrouwen, afroamericans, tegen oorlog in vietnam, american dream is prima alleen niet bedoelt voor iedereen) -new communalist (zenbeleving, lsd, bij je zelf beginnen, open your mind)

Nieuw links - protest, geworteld in de materialistische politiek. Aanhangers van Karl Marx.

New communalist - meer idealistische ideeën. Veranderen van het bewustzijn, metifycia. Meer dacht zoals Ruskin. Zelfontplooiing.

nieuw links heet zo omdat ze door een politieke strijd de maatschappij wouden verbeteren. De new communalist wouden zich juist terugtrekken vanuit de maatschappij.

Video - us navy vintage fire control computers

Logica feedbackloop, ontstaan van thermostaat. computer berekend de koers van de wapens. Cybernetisch, alles kun je zo berekenen, je lichaam is een voorbeeld.

R. Buckminster Fuller, The operation manual for spaceship earth Introduceerde het geheel van het gedeeld lot, samen op de wereld. De groene revolutie, het verschil maak je zelf.

Architect beroemd geworden door zijn koepels.

Inspiratiebon hippies, koepels boven door materialen ie je kon vinden.

Hippies: Eigen bewustzijn verruimen door bewustzijn.


Fotograaf - Antoine Bruy - foto’s van hippie communities.


Whole Earth Catalog

Magazine - Wired

Wired opgericht door onderander Stewart Brand. Wired> Link tussen hippie ideeën, het internet en de politiek. electronic frontier.

World Economic Forum

Ruskin voorstander van Youtube, Marx wou zeggen dat het niet positief is dat er een grotere commerciële macht de gebruiker uitbuit.

Why artists are poor?


Making is connection - The meaning of Making CAPTER 3

Notes:

Alan Watts Alan W. Watts (Chiselhurst, Londen, 6 januari 1915 – San Francisco Bay, 16 november 1973) was een Engels filosoof, schrijver, spreker, anglicaans priester, hoogleraar en beoefenaar van de vergelijkende godsdienstwetenschappen. Hij verdiepte zich met name in de filosofie van zen, het boeddhisme en het taoïsme, en heeft met zijn werk een belangrijke bijdrage geleverd aan de introductie en popularisering van Aziatische religie en filosofie in het Westen. Hij publiceerde meer dan 25 boeken en vele artikelen over onderwerpen als identiteit, de uiteindelijke aard van de realiteit, hogere bewustzijnstoestanden, de zin en betekenis van het leven, godsbeelden en menselijk geluk. Watts waarschuwde, mèt andere grote pioniers op het gebied van religie en menselijk bewustzijn zoals bijvoorbeeld Aldous Huxley, Timothy Leary, John Lilly en Gregory Bateson, al in een vroeg stadium voor de gevaren van een àl te radicale onttovering dan wel reductionistische objectivering van de (Westerse) werkelijkheid: "Inability to accept the mystic experience is more than an intellectual handicap. Lack of awareness of the basic unity of organism and environment is a serious and dangerous hallucination. For in a civilization equipped with immense technological power, the sense of alienation between man and nature leads to the use of technology in a hostile spirit – to the "conquest" of nature instead of intelligent co-operation with nature." Alan Watts, Psychedelics and Religious Experience, 1968.[1]

http://nl.wikipedia.org/wiki/Alan_Watts

Timothy Leary Dr. Timothy Francis Leary (Springfield, 22 oktober 1920 - Beverly Hills, 31 mei 1996) was een Amerikaanse schrijver, psycholoog, softwareontwerper en campagneleider voor onderzoek naar psychedelische drugs. Hij is bekend (en omstreden) geworden als voorvechter voor het gebruik van LSD als therapeutische en spirituele verrijking. De jaren '60-, en later vaak gesamplede uitdrukking "Turn on, tune in, drop out" is een uitdrukking van Leary.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Timothy_Leary

Allen Ginsberg Irwin Allen Ginsberg (Newark (New Jersey), 3 juni 1926 - New York, 5 april 1997) was een Amerikaans dichter van joodse afkomst. In de jaren '40 van de twintigste eeuw studeerde hij aan de Universiteit van Columbia waar hij vriendschap sloot met de schrijvers William S. Burroughs en Jack Kerouac. In het midden van de jaren vijftig zou hij een leidende rol spelen in de Beat Generation samen met dichters als Gary Snyder en Michael McClure. In 1956 publiceerde hij zijn eerste werk: Howl And Other Poems. Hoewel het gedicht heftige reacties opriep wegens vermeende obsceniteit, werd het een groot succes. Ook Ginsbergs openheid over zijn homoseksualiteit – Peter Orlovsky was zijn levenspartner – maakte hem controversieel. Zijn collega-schrijvers, met name Jack Kerouac, William Carlos Williams en Kenneth Rexroth hadden meer vertrouwen in hem. Hij werd zelf ook sterk beïnvloed door deze schrijvers. Ginsberg had een sterke drang om de grenzen van zijn bewustzijn te verkennen. Dat deed hij door het gebruik van drugs zoals marihuana, en andere geestverruimende middelen. Dit inspireerde hem sterk bij het schrijven van gedichten. William Blake, de Engelse dichter, was hem daarbij een voorbeeld. Toch bevatten veel gedichten van Ginsberg elementen van oorlog. Onderwerpen als de gaskamers in de Tweede Wereldoorlog en de oorlog in Vietnam komen regelmatig voor in zijn gedichten. Ginsberg ontving talrijke prijzen waaronder de Woodbury Poetry Prize, de National Book Award for Poetry, NEA grants en een Lifetime Achievement Award van de Before Columbus Foundation. Gedurende de laatste jaren van zijn leven was Ginsberg docent aan de Universiteit van Brooklyn. Ginsberg die zich steeds meer ging interesseren voor het boeddhisme werd op latere leeftijd boeddhist.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Allen_Ginsberg


Gary Snyder Gary Snyder (born May 8, 1930) is an American man of letters. Perhaps best known as a poet (often associated with the Beat Generation and the San Francisco Renaissance), he is also an essayist, lecturer, and environmental activist. He has been described as the "poet laureate of Deep Ecology"[2]). Snyder is a winner of a Pulitzer Prize for Poetry and the American Book Award. His work, in his various roles, reflects an immersion in both Buddhist spirituality and nature. Snyder has translated literature into English from ancient Chinese and modern Japanese. For many years, Snyder served as a faculty member at the University of California, Davis, and he also served for a time on the California Arts Council.

http://en.wikipedia.org/wiki/Gary_Snyder


John Holt How Children Learn


(Pitman 1967, revised edition Delacorte 1983, Perseus, 1995)

These are are some excerpts from the new sections of How Children Learn, chosen by John and run in GWS 32:

    ...All I am saying in this book can be summed up in two words - Trust Children. Nothing could be more simple - or more difficult. Difficult, because to trust children we must trust ourselves - and most of us were taught as children that we could not be trusted.      
    ... It is even possible that some kinds of mental activity may be largely centered in some parts of the brain, and other kinds in others. But it would be simple-minded and silly to say that all the complicated varieties of thought, of mental experience, can be neatly separated into two kinds and that one of these can be exclusively assigned to the left side of the brain, the other to the right. When I say that I am sometimes surprised by what my mind tells me, I am talking about a very common experience. But where in my brain is the "my mind" who does the telling, where the "me" who is surprised? ... What of the fact that often, while thinking of something else, I will find that "my mind" has suddenly presented "me" with a complete sentence, sometimes even two or three, which "I" like so much that I rush to write them down before I forget them? "I" have certainly not produced those sentences in the way I am now producing these sentences on the typewriter, thinking about what words to use or where to put them. On which side of my brain is the producer of these sentences, on which side the observer, critic, editor who judges them to be good?      
    ... It is hardly ever possible to separate what we think about something from how we feel about it ... This notion, now very popular in leading universities, that organisms, including human beings, are nothing but machines, is for me one of the most mistaken, foolish, harmful, and dangerous of all the many bad ideas at large in the world today. If an idea can be evil, this one surely is.      
    ...It is only in the presence of loving, respectful, trusting adults like Millicent Shinn or Glenda Bissex that children will learn all they are capable of learning, or reveal to us what they are learning ... Of two ways of looking at children now growing in fashion - seeing them as monsters of evil who must be beaten into submission, or as little two-legged walking computers whom we can program into geniuses, it is hard to know which is worse, and will do more harm. I write this book to oppose them both.      
    ...How much people can learn at any moment depends on how they feel at that moment about the task and their ability to do the task. When we feel powerful and competent, we leap at difficult tasks. The difficulty does not discourage us; we think, "Sooner or later, I'm going to get this." At other times, we can only think, "I'll never get this, it's too hard for me, I'm never any good at this kind of thing, why do I have to do it," etc. Part of the art of teaching is being able to sense which of these moods learners are in.      
    ... The only good reason for playing games with babies is because we love them, and delight in playing these games with them and in sharing their delight in playing - not because we want someday to get them into college. It is our delight in the baby and the games that make the games fun, and worthwhile and useful for the baby. Take away the delight, and put in it's place some cold-hearted calculation about future I.Q. and SAT scores, and we kill the game, for ourselves and the baby.      
    ... The point is that if it takes a long time to develop a good habit, it will take just as long to develop a bad one. The idea that we must work hundreds of hours to make a good habit, but can make a bad one in a few seconds, is nonsense. And the point of this to us as teachers is that we don't always have to be in such a big hurry to correct children's mistakes. We can afford to give them time to notice and correct them themselves. And the more they do this, the better they will become at doing it, and the less they will need and depend on us to do it for them.      
    ...In this chapter I will say something very simple, that may not often have been said before. Children use fantasy not to get out of, but to get into, the real world.      
    ... It is a serious mistake to say that, in order to learn, children must first be able to "delay gratification," i.e., must be willing to learn useless and meaningless things on the faint chance that later they may be able to make use of some of them. It is their desire and determination to do real things, not in the future but right now, that gives children the curiosity, energy, determination, and patience to learn all they learn.      
    ... I would now add perhaps even more important reasons why testing - at least, unasked for testing done by others - destroys learning.     
    The first reason has to do with the matter of hunches. When we constantly ask children questions to find out whether or not they know something (or prove to ourselves that they, don't), we almost always cut short the slow process by which, testing their hunches against experience, they turn them into secure knowledge.     
    ... Every unasked-for test is above all else a statement of no confidence in the learner. That I check up at all on what you have learned proves that I fear you have not really learned it. For young children, these repeated votes of no confidence can be devastating.      
    ... It may be true enough that in learning purely physical skills, such as sports ... we generally have to learn easy movements before we learn hard ones. That is how the body works. But it is not how the mind works ... What makes things easy or hard for our minds has very little to do with how little or how much information they may contain, and everything to do with how interesting they are and, to say it once again, how much sense they make, how connected they seem to reality.      
    ... This book did not change, as I hoped it might, the way schools deal with children. I said, trust them to learn. The schools would not trust them, and even if they had wanted to, the great majority of the public would not have let them. Their reasons boil down to these: (1) Children are no good; they won't learn unless we make them. (2) The world is no good; children must be broken to it. (3) I had to put up with it; why shouldn't they? To people who think this way, I don't know what to say. Telling them about the real learning of real children only makes them cling to their theories about the badness and stupidity of children more stubbornly and angrily than ever. Why do they do this? Because it gives them a license to act like tyrants and to feel like saints.      
    ... What is lovely about children is that they can make such a production, such a big deal, out of everything, or nothing ... All that energy and foolishness, all that curiosity, questions, talk, all those fierce passions, inconsolable sorrows, immoderate joys, seem to many a nuisance to be endured, if not a disease to be cured. To me they are a national asset, a treasure beyond price, more necessary to our health and our very survival than any oil or uranium or name what you will ...

http://www.johnholtgws.com/how-children-learn/

Ivan Illich

Ivan Illich (Wenen, 4 september 1926 – Bremen, 2 december 2002) was een Oostenrijks-Amerikaans-Mexicaans-Duits publicist, filosoof en theoloog

Kritische kernideeën[bewerken] De filosoof en theoloog was bij uitstek een anti-pedagoog. Hij geniet onder meer bekendheid als een criticus van geïnstitutionaliseerde vormen van onderwijs. De wijze waarop bijvoorbeeld het universitaire onderwijs georganiseerd is (namelijk als institutie, het leren krijgt institutioneel vorm) heeft tot gevolg dat ook de samenleving institutionaliseert en bijgevolg verkrampt omdat "afgestudeerden" de neiging gaan vertonen de samenleving vorm te geven naar de institutionele omgeving waarbinnen de eigen ontwikkeling gedurende vaak vele jaren plaats vindt. Zijn in de jaren na 1970 verschenen werken Deschooling Society (1971, over onderwijs), Tools For Conviviality (1973, over technologische ontwikkeling), Energy And Equity (1974, over energie, transport, economische ontwikkeling en maatschappelijke ongelijkheid), Medical Nemesis (1976, (over gezondheidszorg) en The Right To Useful Unemployment And Its Professional Enemies (1978) alsook Shadow Work (1981, beide werken behandelen de arbeid) geven zijn kritische houding weer. Het institutionaliseren van menselijke behoeften met behulp van technische ontwikkeling vormt volgens Illich een bedreiging voor een vrije samenleving. Zo vervormen transport en verkeer de menselijke voortbeweging, is het onderwijs funest voor het leren, urbanisering ontneemt de mens diens capaciteit een thuis te bouwen en de medische zorg maakt mensen ziek. In de moderne ontwikkeling onderscheidt Illich twee soorten technische middelen die elkaar vaak in twee fasen opvolgen: het eerste type middelen is voor een groot aantal mensen toegankelijk en draagt bij tot een merkbare lotsverbetering en grotere zelfverwerkelijking; het tweede type middelen is daarentegen duur, sterk gespecialiseerd, daardoor voorbehouden aan experts van wie men massaal en zelfs voor elementaire levensactiviteiten afhankelijk wordt. Het tweede type leidt bovendien tot schadelijke neveneffecten, die instituties die over techniek en samenleving waken beantwoorden met een nog verder doorgedreven specialisatie en controle, die de mens nog meer afhankelijk maken. Hij richt zich tegen het door de techniek afgedwongen normeren, dat bovendien leidt tot bijvoorbeeld prestatiedruk in het onderwijs en consumptiedwang in de gezondheidszorg. Een van de centrale observaties is dat voortdurend een bepaald gedrag wordt opgelegd door een structuur, doorgaans bij monde van experts.

Als alternatief stelt Illich conviviality voor, wat vrij vertaald 'samen-leven' betekent. Die samenlevingsvorm is gekenmerkt door een afgewogen, vrijwillige beperking van technologische ontwikkelingen in functie van een zelfbepaald leven in vrijheid. Receptie[bewerken]

Ivan Illich kritiseerde de industriële samenleving op het moment dat de maakbaarheid van de samenleving nog op instemming kon rekenen. Vandaag wordt hij gezien als een van de vroege stemmen, die waarschuwden voor ongebreideld optimisme en vertrouwen in de vooruitgang. In zijn tijd werd Illich vaak als een radicaal-linkse criticus gezien.

In Nederland kregen zijn opvattingen in de jaren zeventig een gunstig onthaal in kringen rond onder meer de PPR, De Kleine Aarde, de milieubeweging en fiets-activisten, met name wegens de raakvlakken met de voorgestane schaalverkleining en "menselijke maat" die met name werden herkend in zijn Energy and Equity, waarvan de Nederlandse vertaling verscheen in 1974, tezelfdertijd als Small is beautiful van de kleinschaligheidsdenker Ernst Friedrich Schumacher. Tegelijkertijd lijken zijn uitspraken over de "miskende waarde van de romantici" en zijn opvatting dat het pre-Verlichtingsdenken in menig facet superieur was aan onze moderne manier van leven hem echter eerder of meer als "reactionair" neer te zetten. Erich Fromm hield het erop dat Ivan Illich een radicaal humanist was.

Stewart Brand The Whole Earth Catalog (WEC) was an American counterculture magazine and product catalog published by Stewart Brand between 1968 and 1972, and occasionally thereafter, until 1998. The magazine featured essays and articles, but was primarily focused on product reviews. The editorial focus was on self-sufficiency, ecology, alternative education, "do it yourself" (DIY) and holism, and featured the slogan "access to tools". While WEC listed and reviewed a wide range of products (clothing, books, tools, machines, seeds, etc.), it did not sell any of the products directly. Instead, the vendor's contact information was listed alongside the item and its review. While not a regularly published periodical, there were numerous editions and updates, in various formats.


First photo world http://edition.cnn.com/2015/02/25/europe/vintage-nasa-space-photos-auction/

Button Stewart Brand - Why haven’t we seen the whole world yet? http://classes.dma.ucla.edu/


http://makezine.com/video/?path=FromNav

Amy Spencer DIY: THE RISE OF LO-FI CULTURE BY AMY SPENCER It’s always kind of surreal to read about the particular culture or scene you’re a part of. On one hand, there’s the thrill of recognition, the feeling of validation that comes from your story being told. On the other may be a desire to keep things exclusive. In the case of “alternative” or DIY culture, obscurity is an important trait and a point of pride. With DIY types notoriously defensive (and rightly so), representation of the scenes and projects that fall under the DIY umbrella is particularly complicated. Amy Spencer’s new book DIY: The Rise of Lo-Fi Culture is the latest in a relatively small field to attempt to document the history of independent music and self-publishing. The author herself is a former record label founder and zine writer, currently a member of promotions collective The Bakery. Focusing on the ideals of authenticity and empowerment as central tenants of DIY (or more specifically, the “lo-fi ideals of do-it-yourself culture”), Spencer outlines the way that numerous bands, record labels, and publishing ventures have opposed professionalism, rejected the mainstream, and taken cultural production into their own hands. Her book stands as a fairly comprehensive guide to the evolution of DIY culture as we know it today.


Great Pacific Garbage Patch http://education.nationalgeographic.com/education/encyclopedia/great-pacific-garbage-patch/?ar_a=1


As mentioned in the previous chapter, craft can seem like a timeless practice, rooted in ancient and traditional ways of engaging with the world and building communities. ‘craft’ itself is relatively new. In the eighteenth century, ‘craft’ referred primarily to political cunning and a sly, jocular, tricksy approach to social issues.1 By the time of Samuel Johnson’s Dictionary of the English Language in 1755, ‘manual art; trade’ is listed as one of the meanings, along with ‘art; ability; dexterity’, alongside the earlier usage as ‘fraud; cunning; artifice’.2 Paul Greenhalgh – a former Head of Research at the Victoria and Albert Museum – uses the rather arbitrary gathering of ideas and orientations under the notion of craft to set out its different constituent dimensions. He writes: The ideological and intellectual underpinning of the craft constituency is not a consistent whole, but has several dis- tinct threads to it, which have only become intertwined relatively recently. It is these threads, or elements, that I will deal with here. There are three. I will describe them as decorative art, the vernacular, and the politics of work.5 The first of these, decorative art, is a broad term which seems to encompass all the ‘applied’ forms of creativity

THE MEANING OF MAKING II: CRAFT TODAY 47

which have in common the bruised, second-class feeling of being excluded from the category of ‘fine art’. This is the political message of Ruskin and Morris, that creative workers must be free to express them- selves through the production of whole objects. They have control over their own labour, and contribute to a vibrant and dynamic culture through the creation of their own individual things.

THE ARTS AND CRAFTS MOVEMENT

It was the combination of these three threads that led to the Arts and Crafts movement. This loose grouping of ideal- istic thinkers and craftspeople built on the ideas of Ruskin and Morris in different ways, but central to the movement was the idea that all creative work was of equal status, and was the means by which human beings could connect with nature, with their own sense of self, and with other people. Making things expressed individual life through the work of the hands, and therefore could not be divided into machine- like steps or repetitive sameness.6 Greenhalgh summarizes its legacy as follows: 48

THE MEANING OF MAKING II: CRAFT TODAY

The Arts and Crafts movement, in retrospect, can be seen to be the most successful construction of a theory and practice of ethical art. . . . The vernacular was the model, unalienated work was the means and art was the goal. The larger ideal pulled the three elements into proximity. It was a brilliant formulation: humankind would be liberated through communal creativity.7 It is something very much like this vision which inspires contemporary craft enthusiasts today, as well as exponents of Web 2.0 and online creativity. Although rooted in a seemingly distant age, its message is practical, positive, and ethical. As Greenhalgh goes on to say: Ultimately, for craft pioneers, the movement was centred on physical and mental freedom. By uniting the work proc- ess directly to the demand for a higher quality of life, they had regenerated the idea that craft was synonymous with power.8 The American inheritors of the Arts and Crafts movement added the democratic element which today we would call ‘DIY culture’. As we have seen, dehumanizing industrial methods were rejected because of a concern for the indi- vidual worker, but the Arts and Crafts alternative led to beautiful handmade products that the typical worker could not afford. This terrible paradox is immediately dissolved in the simple phrase: ‘do it yourself ’. Morris and Ruskin, in the first and second issues respectively – but over time came to represent a distinct American version of that philosophy. Stickley’s belief in ‘a simple, democratic art’ that would provide Americans with ‘material surround- ings conducive to plain living and high thinking’ was such that he included his designs and working plans for furniture, metalwork, and needlework in the magazine9 – even though this, to some extent, undermined his own business, which was based on selling this stuff as unique finished products. In this sense, Stickley invented, or rather revived, the concept of ‘open source’ – the system by which software developers today share unprotected code in the belief that others should be freely able to use it and improve it. This democratic approach is highly consistent with the ideals of the Arts and Crafts movement: craft skills were valued for their own careful, individual, handmade beauty, not because they were supposed to be the skills of an expert elite. William Morris made things to a very high standard, because that gave him pleasure, and because he thought the care and quality of their production would bring pleasure to others too. But he didn’t make things to a very high standard because he thought that it made him better than everybody else. ‘Do it yourself’ is, therefore, part of the original Arts and Crafts message – but processed through American opti- mism, and communicated in a cheerful and unpretentious way.




What was the idea of Ruskin on creativity? Ruskin bekritiseerd de industrialisatie en het structuren van mensen gebruiken als machines. Hierdoor verliest men de creativiteit van het individu. Hij zegt hier over: ‘You must either make a tool of the creature, or a man of him. You cannot make both.’20 A human being can be forced to work as a ‘tool’, following the precise instructions of their masters, making things correctly, but they are dehumanized and their spirit is gagged. Or they can be allowed to ‘begin to imagine, to think, to try to do anything worth doing’ – and this might lead to roughness, failure, and shame, but also unleashes ‘the whole majesty’ of the individual.

What was the idea of Morris? Ruskin focus lag meer op de kwaliteit van het leven, artistieke vrijheid van het individu. Morris focus lag meer op de craft en wou terug naar het vakmanschap omdat hij vond dat de industrialisatie zorgde voor kwaliteitsvermindering. Hij wou terug naar de gilde. Voor Morris vond het delen belangrijk. Werken in een gilde. Gefocust op de maatschappij terwijl Ruskin zich meer focussend op het creatieve individu. Morris’s dedication to the production of high-priced luxury objects, and the lavishly decorated Kelmscott Press books, can seem puzzling since their very high production costs meant they were necessarily only available to an elite. In an 1891 newspaper interview, Morris presented his vision of a socialist society where ‘We should have a library on every street corner, where everybody should read all the best books, printed in the best and most beautiful type.’36 But in his own time, Morris did not seek to begin a ‘books for all’ publishing revolution, as Allen Lane would do later with affordable Penguin paperbacks.37 Instead he made exclusive handcrafted treasures. Morris keek meer naar de toekomst, Ruskin had een meer romantisch verlangen naar het verleden.

What was the arts & craft movement, and where did these ideas connect to Ruskins idea’s? De arts & craft beweging kwam in opstand tegen de lelijke massaproducten uit het Victoriaanse tijdperk. Bracht art en craft samen. Terwijl voorheen dat vaak los van elkaar werd gezien. Wat is DIY waarin overlappen/verschillen ze van Arts & Crafts. DO IT YOURSELF ligt de focus meer op het creërend vermogen en het proces, de voldoening die het geeft om zelf te maken. Bij Arts & Crafts hecht meer waarde aan het maatschappelijke en sociale en legt de focus op esthetische en praktische producten.


Amerikaanse Arts & Kraft Het verschil was dat de Amerikaanse arts & kraft was gebonden aan een stijl. Ze lieten zien hoe iets eruit moet zien om onder arts & kraft te vallen. Hierdoor ging artistieke vrijheid verloren.

Punk DYS movement? Punk DYS is de tegenpool en is ‘lo-fi’ en gaat juist in tegen de goed geproduceerde hoogstaande do it yourself producten. Het gaat hier meer om het onderscheiden en is meer alternatief. Het gaat hier niet om de fysieke beauty maar om een eigen stijl.


DIY

A similar but different version of the DIY ethos is the ‘lo- fi’ music and zine culture, influenced in part by the punk scene. This DIY culture is characterized by a rejection of the glossy, highly produced, celebrity-oriented mainstream of popular culture, and its replacement with a knowingly non- glossy, often messily produced alternative which is much less bothered about physical beauty, and declares an emphasis on content rather than style. This ethos is discussed, for example, in Amy Spencer’s book DIY: The Rise of Lo-Fi Culture. She’s an enthusiastic guide. On the first page she says: In the face of the bland consumerist pop that dominates the airwaves and the bestselling celebrity biographies that fill the bookshops it is exciting to realize that there are an increasing amount of independent and creative minds who care enough to go against the grain and produce music, art, magazines and literature that is truly unique – whether it is likely to sell or not.15

What are the different between Karl Marx and Ruskin Ze zijn beide tegen de industrialisatie omdat dit het creatief brein dood van het individu. Bij Marx gaat het meer om het verliezen van eigendom. Voor Ruskin werken we nu in een goede tijd waarin het individu vrijheid heeft over het werk en proces en Marx zou het daar niet mee eens zijn omdat we nog steeds leven Lezen: Digital capter 4 Maak aantekeningen over hoe hij aankijkt tegen craft, wat denkt hij over professionals