Lyn Braas
0899755@hr.nl

Nitting as indentity

Ik vind het interessant hoe verschillende patronen en kleuren in kleren iets kunnen vertellen over de tijd, afkomst en beroep van iemand. Ik heb onderzoek gedaan naar verschillende Patronen en de betekenis ervan. Zo heb ik een tentoonstelling bezocht met alle oude klederdracht uit Europa en heb ik gekeken naar oude schipperstruien.

Knitting and felt

Voor de combinatie van twee technieken heb ik geprobeerd vilt en een gebreide lap aan elkaar te krijgen. Doordat het andere kleuren zijn wordt het niet een object maar blijven het twee losstaande dingen. Uiteindelijk heb ik daarom met wol gebreid en daarna een lap eraan gevild, hierdoor lijkt het uit een deel te bestaan en kan je niet zien of er eerst gebreid of gevild is.

A new technique

Tijdens deze week heb ik geleerd om een patroon te breien op de machine, dit wordt noors breien genoemd. om een nieuwe techniek te proberen heb ik het gebreide patroon ingescand en geborduurd. Door dit te doen zijn de brei steken zichtbaar en is het exacte dat een borduursel normaal heeft doorbroken.

To the limit

Een goed noors heeft een mooi afgewerkte achterkant. Als het patroon in balans is hangen er geen losse draden aan de achterkant. Ik heb patronen ontworpen om te kijken tot wanneer de achter kant nog in balans is. Uiteindelijk heb ik er ijzerdraad in verwerkt waardoor de achterdraden een grotere rol krijgen in het ontwerp.

inspiratie:

Workshop

Tijdens de workshop in Brussel bij studio bak hebben we data verwerkt is textiles. We gingen uit van simpele data, de reis van Rotterdam naar Brussel. Ik ben begonnen met weven iedere lijn staat voor 10 km, bij ieder treinstation wissel ik van kleur. met deze regels kan je mijn treinreis terug lezen.

Why I make

Ik maak om problemen op te lossen. Toen ik begon met het schrijven van deze tekst merkte ik, dat ik het moeilijk vond om een ‘opdracht’ voor mezelf te vinden. Omdat ik bij grafisch ontwerpen denk vanuit een opdracht of een probleem van iemand anders. Nu moest ik zelf iets bedenken om te maken en dus ook zelf bedenken waarom. Ik heb besloten om juist dit te gebruiken als uitgangspunt voor mijn eindproduct. Geef mij je probleem en ik los het op.

Ik heb getwijfeld of ik als maker wel origineel genoeg ben. Mijn vak is namelijk grafisch ontwerper. Ben je wel een maker als je altijd vanuit een opdracht werkt? Maar de craftsman van vroeger werkte ook vanuit een opdracht en legde daar zijn eigen creativiteit in. Ik doe nu precies hetzelfde. Bij grafisch ontwerp werk ik met tools. Ik heb mijn best gedaan om deze helemaal te begrijpen en te beheersen. Ook het materiaal waarmee ik werk (meestal papier) begrijp ik. Ik weet hoe het gemaakt wordt en hoe inkt reageert op bepaalde papiersoorten. Deze kennis heb ik opgedaan tijdens experimenten en probeersels. Door deze kennis kan ik een ontwerp het beste laten zien en de opdrachtgever zo goed mogelijk helpen. In dit opzicht ben ik dus wel een maker.

Omdat ik vanuit een opdracht werk benader ik ieder ontwerp met een nieuwe frisse blik. Dit betekent dat ik het authentiek benader en dus niet in een vast patroon zit (division of labour). Ik zoek steeds naar de beste vorm voor de opdracht. Ik kijk niet alleen naar wat ik kan maar ook naar wat er mogelijk is. Ik ben bereid om een andere craftsman om hulp te vragen als dit mijn ontwerp versterkt of om zelf een nieuwe techniek te leren. Als ik andere mensen om hulp vraag doe ik dit ook om er van te leren.

In de introductie van dit kwartaal staat: craft is personal. Hier ben ik het mee eens. Bij het maken van de gotische kerken was craft personal, omdat daar de creativiteit van de craftsman zichtbaar werd. In deze tijd is craft persoonlijk omdat je voor iemand een ontwerp kan laten maken of zelf kan maken. Natuurlijk is er wel sprake van massaproductie maar er wordt nu meer waarde gehecht aan de objecten die gepersonaliseerd zijn. Als grafisch ontwerper is dit natuurlijk ook van toepassing. Ik maak mijn ontwerpen altijd n.a.v. een vraag. Er zijn genoeg websites waar je bijvoorbeeld een logo kan laten maken voor een veel lagere prijs een binnen een kortere tijd. Deze logo’s zijn alleen niet origineel of persoonlijk en inwisselbaar. Een grafisch ontwerper kan een logo naar je wensen maken en belangrijker is een craftsman, dat betekent dat het een goed logo wordt gebaseerd op kunde en kennis. Ook kan een grafisch ontwerper (in dit geval de craftsman) zijn eigen creativiteit in het ontwerp stoppen, waardoor het origineel en authentiek wordt.

Ik heb uiteindelijk besloten om een sjaal te breien. Ik ben het hele kwartaal bezig geweest met breien en het begrijpen van de breimachine. Ik heb genoeg kennis opgedaan om een goed sjaal te maken. Ik heb gebouwd op de vaardigheden die ik heb opgedaan tijdens het onderzoek en vanuit het grafisch vormgeven. Een van de redenen dat ik ben gaan breien is de geschiedenis van het breien. Het is een van de oudste textilis en wordt vanaf het begin al gebruikt om te communiceren. Ik heb voorbeelden gevonden van visserstruien die per dorp een eigen patroon hadden. Op die manier wist iedereen uit welk dorp de vissers kwamen. Ook werden breiende oma’s ingezet tijdens de tweede wereldoorlog om het aantal treinen met soldaten te tellen. Iedere keer dat er een trein langskwam breiden ze een andere steek. Hierdoor kon het verzet onopvallend informatie verzamelen en uitwisselen. Ieder land heeft een eigen manier van breien, in Europa is bijvoorbeeld de Noorse manier erg bekend. Verhalen vertellen door stof vind ik erg inspirerend en het fysiek maken van een product werkte motiverend. Natuurlijk kost het meer tijd om te breien maar de uitkomst geeft des temeer voldoening. Hetgeen dat je maakt kan je meteen vasthouden en tijdens het maakproces beïnvloeden. Het feit dat je het eindproduct tijdens het proces kan beïnvloeden maakt het een craft.

Omdat ik veel kennis over breien heb opgedaan tijdens dit kwartaal (zowel in de craft als in de geschiedenis) leek het mij logisch om te gaan breien. Als oplossing op mijn probleem, namelijk dat ik geen probleem van iemand anders had om op te lossen, ben ik een sjaal gaan breien. Op deze sjaal vraag ik om een probleem wat ik het kan oplossen. Dit geeft aan waarom ik maak. Met deze sjaal heb ik mijn eigen probleem opgelost. Het verloop in de sjaal staat voor het probleem en creativiteit, die ik nodig heb. Deze twee houden elkaar instant. Aan de achterkant is goed te zien hoe de sjaal gemaakt is. Dit heb ik zo gelaten omdat zo het karakter van de sjaal zichtbaar blijft. Dit vind ik belangrijk omdat ik vind dat de manier van maken een groot deel van het object is. Door het maak proces te laten zien wordt het ook intressanter om naar te kijken en gaat het ontwerp meer leven.

Give me your problem, please. I will solve it for you.