User:Rocco
Roos Deutz
0887365@hr.nl
Contents
‘Why I am a maker’
Ik maak omdat ik de wereld op verschillende manieren wil zien. Als mens reageer ik op mijn omgeving omdat deze een belangrijke rol speelt en samenhangt met hoe ik mij voel of hoe ik op dat moment ergens over kan denken. Een omgeving kan relativerend en verhelderend werken, een ruimte kan ook juist verwarren of storen. Ik laat mij beïnvloeden door de tastbaardere dingen binnen een omgeving. Ik observeer deze langzaam en zorgvuldig zodat er een cirkel van rationeel en emotioneel rondgaat. Bij een waarneming speelt er een behoefte op. Deze aandrang, die zich kan uiten in verschillende vormen is voor mij een teken van leven. Een reden om te maken. Ik kan een geheel eigen invulling geven aan proces en deze tegelijkertijd door het proces en experiment laten sturen, de eerste ontplooiing komt vanuit mij.
De dingen om mij heen zijn natuurlijk, vaak bekend. Ik zoom in op iets waar ik expressief tegenover sta, iets wat ik wil overdragen en waarbinnen ik mijn eigen positie vaak al makend bepaal. De verhalen kunnen aftakkingen (of synoniemen) zijn voor iets groters. Door het learning bij doing proces is mijn intentie niet altijd gelijk aan het eindresultaat. Voor een kijker is het werk vaak vrij voor eigen interpretatie, de ‘chainreaction’ moet voortzetten. In mijn eigen verbeelding zou ik graag inspelen op andermans eigen verbeelding.
Ik uit door te maken. Door te maken, te reageren en zo te delen doe ik als het ware mee, heb ik bemoeienis. Eigen ik iets toe en maken ik het erna voor iedereen weer dat tastbare wat mij in eerste instantie aansprak. Een uiting van mij kan in vele vormen verschijnen, het enige wat altijd nodig zal zijn, is skill, techniek en materiaal. Het begrijpen, beheersen en ontwikkelen van deze zal ik na nog meer oefening vervaardigen. De bevindingen die ik tijdens deze werkzaamheden doe helpen mij een weg te banen door de mogelijkheden. Het maakproces is niet gemakkelijk en het ‘denk’ gedeelte zit mij soms in de weg. De practice Digital Craft heeft me wederom laten zien dat soms voordat je iets uitschrijft een materiaal en techniek echt leren kennen en voorderhand testen je latere voortgang naar een heel nieuw level kan tillen.
Door vragen te stellen over de historische context van de tool, er naar te kijken, deze te vormen en te ruiken, kom je vaak al achter veel antwoorden. De eeuwenoude analoge technieken die ik heb geprobeerd zijn allemaal grondleggers voor een nu meestal digitale techniek. Deze zijn geautomatiseerd en vaak egaler, uniformer en correcter. Door het handwerk wat vereist verricht moet worden bij de analoge technieken komt samen met mijn signature een uniek karakter naar boven. Juist dat feit, het combineren van analoog en digitale technieken, is iets waar ik met veel enthousiasme aan blijf werken.
A historical example
Etching
Week1
Een Ets is een afbeelding gemaakt in diepdruktechniek van een koperen of zinken plaat waarin de afbeelding door zuur geëtst is.
Technique
De etstechniek ontstond rond 1400 vanuit de wapensmederijen in Europa. In deze werkplaatsen brachten wapensmeden met scherpe beitels versieringen in harnassen en wapens aan. Als de gravure gereed was, werd ze opgevuld met een zwart email, niëllo, en werd er een nat vel papier overheen gelegd. De niëllo trok voor een deel in het papier en zo ontstond een afdruk in spiegelbeeld van de gemaakte gravure. Deze afdruk werd slechts voor één doel gebruikt: ze fungeerde als staalkaart voor het vakmanschap van de wapensmid. Dergelijke afdrukken vormden goed reclamemateriaal om nieuwe klanten te trekken. Het is dus niet verwonderlijk dat de gravure als reproductietechniek haar oorsprong vond in deze wapensmeden, aangezien de gebruikte techniek zeer gelijkaardig was. Pas in de 16e eeuw begonnen drukkers het proces te gebruiken. Ik ben begonnen met het ontdekken van verschillende soorten print technieken. Eentje die ik graag wilde uitproberen is etsen. Etsen is een diepdruk techniek.
What I Did
First: polijst je koperplaat en maak het schoon met Brazzo, ontvet deze daarna met soja. Een ets wordt gemaakt door delen van de plaat af te dekken met een materiaal dat bestendig is tegen het etsmiddel (was). Vanuit daar kun je verschillende methode hanteren om je tekening te bewerken in de plaat.
Als eerste lijnets ooit zie je als onderwerp een verdord bos tijdens de winterperiode onder een sterrenhemel geïnspireerd op die van Van Gogh. Bij de tweede poging, een fotopolymeer-ets zie als resultaat de foto door mijzelf gemaakt op de Egeische zee.
First Copper: Fotopolymeer-ets Bij de fotopolymeer-ets wordt er gebruik gemaakt van een lichtgevoelige polymeerfolie die op de etsplaat wordt gesealed. Door de folie te belichten wordt deze gehard. De onbelichte delen worden in een soda (de oplossing) weggeweekt zodat het koper op deze plekken weer bloot ligt. De plaat kan nu met het folie er op geëtst worden. Er is geen ruimte voor toon. Het benaderen van tonen wordt met rasters gedaan.
Second Copper : Etsen is een diepdruk techniek. Degene die ik heb gebruikt is de lijnetstechniek, hiermee maak je de tekening met een etsnaald Polijst je koperplaat en maak het schoon met Brazzo, ontvet deze daarna met soja. Een ets wordt gemaakt door delen van de plaat af te dekken met een materiaal dat bestendig is tegen het etsmiddel (was). De plaat wordt op de afgedekte delen niet door het etsmiddel weggebeten. De delen die wel weggebeten worden kunnen inkt vasthouden (ijzerchloride). Deze inkt kan met behulp van een rolpers op (nat) papier gedrukt worden.
A comparative example
Camera as a material
Week2
"I took a deep dive into an elegant sea of forms"; Marie-Christine Biebuyck
Technique
Een Digitale camera of digitaal fototoestel is een camera waarbij de beeldvorming niet op film maar door middel van een lichtgevoelige sensor (Charge Coupled Device = CCD of Complementary Metal Oxide Semiconductor = CMOS) plaatsvindt en vervolgens digitaal wordt verwerkt en opgeslagen. Recente ontwikkelingen in de techniek van de digitale camera zijn er de oorzaak van dat film steeds minder wordt gebruikt. Een voordeel van een digitale camera is onder andere dat er geen film in hoeft - een foto kost vrijwel niets extra tot je besluit hem op papier af te drukken. Ook is het resultaat zeer snel te bekijken - op de lcd-zoeker op een computerscherm of een printerafdruk. Ook zijn er tegenwoordig geheugenkaarten met zoveel capaciteit dat er vele honderden tot duizenden foto's op een kaartje passen.
Het belangrijkste verschil tussen analoog en digitaal ligt in de manier van verwerking van het signaal. Waar bij digitale technologie het oorspronkelijke signaal gereduceerd wordt tot een stroom bits - dus getrapt of sprongsgewijs - is bij analoge technologie het momentane signaal steeds analoog - dus traploos of glijdend - aan het oorspronkelijke signaal.
Een Polaroidcamera is een camera die direct na het maken van een opname een fotoafdruk levert. De camera maakt gebruik van het polaroidprocedé. Door het bedrijf Polaroid, opgericht door Edwin Land zijn meerdere procedés ontwikkeld. Het originele stamt uit 1948. De meeste hiervan geven een afgewerkte foto binnen enkele minuten.
Het originele polaroidprocedé werkt als volgt: na de belichting van de film wordt er een papier mee in contact gebracht. Tussen papier en film wordt een pasta uitgespreid van tegelijkertijd ontwikkelaar en oplosmiddel van het zilverzout. De ontwikkelaar reduceert het belichte zilverzout tot zilver in de filmlaag. Het oplosmiddel diffundeert in de filmlaag en draagt de niet-gebruikte ontwikkelaar weg naar het papier. Het papier is geprepareerd met zilverkiemen en de ontwikkelaar zal nu de zilverionen in aanwezigheid van de kiemen ontwikkelen. Het resultaat is een positief beeld op het papier, naast het negatiefbeeld op de film. Gemaakte foto's zijn niet langer houdbaar dan 10 jaar. Latere varianten maakten het ook mogelijk kleurenfoto's te maken, hier wordt niet de ontwikkelaar maar kleurstofkoppelaars getransporteerd die in het ontvangende papier reageren en daar met kleurstoffen een positief kleurenbeeld vormen.
What I did
Digitale camera's zijn er in allerlei kwaliteiten; de resolutie van de afbeeldingen (uitgedrukt in megapixels), de mate waarin er optisch vergroot (ingezoomd) kan worden en de techniek waarmee een camera aan een computer gekoppeld kan worden, worden dan belangrijk.
Door fotografie en de camera als materie te gebruiken kan ik verschillende eigen werelden en tijdgeesten creëren.
Hier experimenteer ik graag mee en kies zeker niet altijd voor het 'nu'. Ik observeer, en wat ik zie is uniek.
Vervreemding, mystiek en romantisch aspect wil ik in mijn werken nog meer een rol laten spelen en ik ben er van bewust dat deze kunnen worden aangesterkt door dit experimenteren met en door verschillende technieken.
Voor dit experiment heb ik gebruik gemaakt van 3 verschillende soorten camera. De eerste was een digitale full frame sensor Canon 5D, de tweede, een fujifilm x100 halfcompact en als laatst
An example of a new skill-try out
Pinhole Camera
Week3
Technique
Camera Obscura
Een Camera Obscura (Latijn voor 'donkere kamer') is een verduisterde ruimte waarbij in een van de wanden een klein gaatje is aangebracht, later ook wel een lens. Het hierdoor invallende licht werpt een afbeelding van de buitenwereld op de tegenoverliggende wand. Net zoals bij afbeelding door een lens het geval is, wordt de buitenwereld op zijn kop afgebeeld. Als de achterwand van de camera obscura doorzichtig wordt gemaakt (bijvoorbeeld met matglas) is de afbeelding van buitenaf te zien. Een bijzonder aspect van de camera obscura is dat de opnamen een oneindige scherptediepte hebben, tenminste de versies zonder lens. Voordat de lichtgevoelige plaat was ontdekt (rond 1800) was de camera obscura een kermisattractie Men kon immers de wereld buiten ongezien bespieden. Met spiegels werd ervoor gezorgd dat de afbeelding weer rechtop kwam te staan.
De Nederlander Gemma Frisius was een van de eersten die de werking van de camera obscura op papier heeft gezet.[1] In zijn werk gaf hij ook aanwijzingen hoe de lezer zelf astronomische instrumenten kon bouwen.
Pinhole Camera
Een Gaatjescamera of speldenprikcamera is een camera zonder lens. In plaats van een lens wordt een klein gaatje gebruikt. De scherpte hangt af van de grootte van het gaatje en van de afstand tussen het gaatje en de film (of beeldchip). Over het algemeen geldt dat hoe kleiner het gaatje is hoe scherper het beeld is, totdat diffractie een rol gaat spelen en weer meer onscherpte veroorzaakt.
Het beeld is wel overal even (on)scherp, zodat de scherptediepte oneindig is en er niet scherpgesteld hoeft te worden. Verder treedt er aan de randen van de foto geen vertekening op, wat bij foto's genomen met een lens wel het geval is. Hierdoor kunnen er met gaatjescamera's ultragroothoekfoto's gemaakt worden. Een nadeel van een gaatjescamera is dat er door het kleine gaatje maar weinig licht valt en dat er dus een lange belichtingstijd nodig is. De gaatjescamera lijkt daarmee erg op de camera obscura.
What I Did
Ik had nog nooit zelf een camera gemaakt, wel gehoord dat dit mogelijk is in de vorm van een pinhole camera, de afstammeling van de camera obscura. Je kon deze in allerlei vormen en maten maken, maar ik heb gekozen voor eentje waarbij je de film van de ene volle rol in een lege rol draait, zo dat je meer opname kan maken dan 1 (zonder steeds het papier te hoeven vervangen). Het correct belichten, een van de balngrijkste aspecten que techniek bij het fotograferen, was moeilijk omdat mijn diafragma, die ik had gemaakt door middel van een gaatje t prikken met een naald in een stukje aluminium geen precieze maat had. Omdat ik deze niet geheel zorgvuldig kon opmeten omdat deze zo klein is, moest ik dit op de gok doen en hanteerde ik een belichtingstijd van 1/50 van een seconde op een bewolkte dag (hier kwam ik op uit na het gebruiken van een lichtmeter). Dit gaf qua belichteling een redelijk goed resultaat maar door de korte belichtingstijd en de beweging die mijn hand maakte tijdens deze handeling kwamen de beelden er veelal bewogen uit. Ik vond dit juist voor een spannend beeld zorgen, bewogen en verschoven, een andere kijk op de architectuur van Rotterdam. Dit was vanaf de pinhole camera mijn onderwerp geworden. We worden omringd door gebouwen om ons heen en er zitten verschillende verhalen in deze torens. Met de pinhole maakte ik een beginnetje voor de studie voor mijn eindwerk.
An example of a material pushed to the limit
Film
Week 4
Technique
Een 35mm-film is een standaardfilm waar vanaf de pionierstijd van de film tot heden de meeste commerciële speelfilms op zijn gefilmd. 35mm-film is dezelfde soort film als de film die voor kleinbeeldfotocamera's wordt gebruikt.
What I did
Voor de 4de week wilde ik een filmrol (35mm) gebruiken om deze tot de letterlijke limiet te 'pushen'. In plaats van 24 of 36 foto's op te nemen op de filmrol, heb ik deze 1 keer belicht met 1 foto. De filmrol is uiteraard lichtgevoelig en moet dus in een lichtdichte ruimte worden belicht. Dit deed ik in de doka beneden bij blaak. Als belichtingsapparaat heb ik de beamer gebruikt die op de muur een foto zo breed (3,5cm) en zolang (109cm) als de filmrol projecteerde. Net als bij experiment 2, de pinhole was het berekenen van het diafragma om zo met de belichtingsdriehoek (ISO, AP, SS) de belichtingstijd uit te reken noodzakelijk. De diafragma, heb ik niet zelf kunnen maken en daarom kon ik deze alleen maar schatten. Deze keer was de belichtingstijd te lang en was de hele rol dus overbelicht met licht. De 3 rolletjes kwamen er na het ontwikkelen helemaal -zwart- uit, zonder beeld, helaas